Denkstijlen en samenwerking op de OK
Hoe goed werken leidinggevenden Operatieafdeling samen met enerzijds snijdend specialisten en anderzijds operatieassistenten en anesthesiemedewerkers? Dat hangt ervan af. In het algemeen ziet de NVLO het 'hoofd OK' als bemiddelaar tussen specialist en ondersteunend personeel. Dat blijkt ook uit de gemiddelden van de denkstijlmeting. Specialisten willen dat details kloppen en operatieassistenten hechten aan een vaste procedure. Hoofden OK houden van grote lijnen en verschillende mogelijkheden. Houd daar rekening mee en u opereert effectief!
Op 17 april gaf Kikker Groep een trainingsdag aan de Nederlandse Vereniging van Leidinggevenden Operatieafdeling (NVLO). Het thema: Ken uzelve, ken uw team!
Op verzoek van de NVLO deed een aantal leidinggevenden, specialisten en operatieassistenten voorafgaand aan de themadag een denkstijltest: de Metaprofielanalyse, ontwikkeld door het Instituut voor Eclectische Psychologie. Per beroepsgroep werd een gemiddeld denkstijlprofiel opgesteld, waaruit vijf belangrijke verschillen naar voren kwamen. Deze werden behandeld op de themadag en boden veel herkening...
Denkstijlen bepalen samenwerking
Hoe iemand denkt, bepaalt wat hij ziet of juist niet ziet, wat iemand voelt en hoe hij handelt.
Denkstijlen worden ook wel metaprogramma's genoemd: het brein is geprogrammeerd om op een bepaalde manier te denken. De metaprogramma's bepalen dus niet WAT iemand denkt, maar HOE.
Het meten en herkennen van deze metaprogramma's geeft niet alleen inzicht in verschillen tussen mensen en hun beweegredenen, maar biedt ook concrete handvatten om de communicatie binnen en de resultaten van het OK-team te verbeteren.
De vijf verschillen
In vijf denkstijlen vertoonden de drie beroepsgroepen de grootste verschillen.
- Waarneming: globaal of specifiek
Denk ik in grote lijnen of let ik op de details? - Manier van vergelijken: match of mismatch
Richt ik mijn aandacht op wat er goed gaat en wat er klopt of richt ik mijn aandacht op wat er niet goed gaat en wat er niet klopt? - Werkwijze: opties of procedures
Denk ik meer in keuzemogelijkheden of denk ik meer in stappenplannen? - Denkrichting: naartoe/bereiken van doelen of weg-van/vermijden van problemen
Word ik geleid door de doelen die ik wil bereiken? Of wil ik vooral problemen oplossen en moeilijkheden voorkomen? - Actieniveau: vooral doen of vooral denken
Ben ik meer een doener of een denker? Neem ik snel initiatief of overweeg ik eerst verschillende kanten van de zaak?
De ergernis tussen mensen met een verschillende denkstijl loopt soms hoog op. Denk maar aan die ene collega die op ieder voorstel zegt: 'Ja, maar..' en dan (weer) met bezwaren aankomt. Of de zorgvuldige denker (denkstijl specifiek) die de manager die in grote lijnen denkt, een 'oppervlakkige flans' vindt. Of de reactieve denker die zichzelf genuanceerd vindt en de proactieve doener een onbezonnen type.
Deze vijf (van de gemeten 13) denkstijlen boden de leidinggevenden in de zaal veel herkenning: over zichzelf en hun collega's. Zij typeerden zichzelf ter plekke met mondelinge testvragen. Dat kwam aardig overeen met het eerder gemeten gemiddelde profiel.
Hoe denkt een 'gemiddeld hoofd OK'?
Dit is voor de duidelijkheid polariserend (of-of) weergegeven, want in werkelijkheid denken mensen en-en: het zijn gradaties, een mix van denkstijlen. En het is in de context van commniceren in de werksituatie. In een andre context, opvoeden of hobbies bijvoorbeeld, kan het profiel er heel anders uit zien.
Het hoofd OK:
- denkt globaal
- kijkt naar wat er wel klopt (match)
- let op de mogelijkheden (opties)
- is primair gericht op wat men wil bereiken (naartoe)
- heeft een voorkeur voor doen boven denken (pro-actief)
De specialist (t.o.v. het hoofd OK):
- denkt meer specifiek
- kijkt meer naar wat er niet klopt (mismatch)
- let evenzeer op mogelijkheden (opties)
- is meer gericht op wat men wil voorkomen (weg van)
- is even doenerig als het hoofd OK (pro-actief)
Als een hoofd OK goed wil overleggen en samenwerken met een specialist, dan is het belangrijk om aan te sluiten op drie denkstijlen die verschillen: maak uw voorstel gedetailleerd (specifiek, welke feiten precies), benadruk wat we ermee willen voorkomen (vermijden) en benadruk wat er nu niet klopt (mismatch). Omdat deze denkwijze aansluit bij de specialist, heeft u meer kans op wederzijds begrip, waardering en goede samenwerking.
Het voorstel zal eerder in goede aarde vallen dan wanneer u het brengt zoals u zelf denkt: globaal, gericht op wat u ermee wil bereiken, kijkend wat er ongeveer wel klopt als we het zo doen en op wat er nog meer kan (opties).
De assistent (t.o.v. het hoofd OK):
- denkt meer specifiek
- kijkt meer naar wat er niet klopt (mismatch)
- denkt in procedures en stappenplannen (procedures)
- is meer gericht op wat men wil voorkomen (weg van)
- is primair reactief, dus denkerig
Als een hoofd OK goed wil overleggen en samenwerken met een assistent, dan is het belangrijk om aan te sluiten op vijf denkstijlen die verschillen: maak uw voorstel gedetailleerd, benadruk wat u ermee wil voorkomen (vermijden) en benadruk wat er nu niet klopt (mismatch), geef aan dat u er lang over na hebt gedacht en benoem het stappenplan voor actie: eerst doen we dit en dan dat.
De kunst is dus uw eigen denkstijl te kennen, die van de ander te herkennen en daarop als eerste aan te sluiten. Dit wekt vertrouwen en verbinding in plaats van contraproductieve ergernis. Pas als er goed contact is en de ander open staat, kunt u de ander eventueel door taalgebruik naar een andere denkstijl leiden. Maar vaak is het al genoeg om uw eigen taal en denkstijl aan te passen aan de ander.
Oefening baart kunst: daarmee gingen de deelnemers enthousiast aan de slag. De eerste keren zijn soms wat onwennig, maar wat geeft het een kick als u die ene 'ja-maar pietje precies' nu wel meekrijgt met uw voorstel. Op naar meer plezier en performance op de OK!
Verder lezen over metaprogramma's:
Metaprofiel Analyse
Metaprogramma's uitgelegd